RedVictor

Red Victor is de naam waaronder ik (Zazkia) handtekeningen ophaal in Amsterdam Oost uit protest tegen de sluiting in de nacht van de daar al 130 jaar aanwezige brandweerkazerne genaamd Victor.

Ik heb hiertoe besloten, direct nadat ik hoorde op AT5 dat de proef niet bij Anton, waar in de bouw rekening mee schijnt te zijn gehouden, maar bij de kazerne Victor zou gaan plaatsvinden. Als bewoner die niet iedere dag alle raadsstukken uitpluist, is niet eerder dan 6 september 2018 bekend geworden voor een algemeen publiek dat de proef niet aan de kazerne Anton maar aan kazerne Dapperstraat zal plaatsvinden.

Dit is in minder dan drie maanden veranderd, en pas ná de dood van Eberhard van der Laan. Er is niet of nauwelijks motivatie gegeven voor de keuze. Bewoners zijn ook niet geinformeerd over het project, door de gemeente. Weinig mensen weten dat de brandweer van aanzienlijk verder gaat komen na 1 januari 2019. Terwijl dat het eerste is waar je aan moet denken op het moment dat je een kazerne verder verplaatst, zeker als proef, zeker als het sterke gevolgen heeft voor de aanrijtijden.

Enkele zwaar wegende redenen om faliekant tegen de nachtelijke sluiting te zijn: 

Elke seconde telt: Dus ook de secondes ’s nachts tellen. 

Bezuinigen op de brandweer is sowieso nooit goed. 

s Nachts breidt een brand sneller uit omdat bewoners slapen en niet actief signaleren. 

De woningen zijn er niet voor geschikt, monumentale gebouwen en volle kleine huizen, ook nieuwbouw met maar 1 vluchtweg, gasleidingen. De ladderwagen is veelal de enige vluchtweg bij brand.

De brandweer gaat er een voor ons als burgers en u als raad onbekend aantal minuten op achteruit in rijtijd. Hoeveel langer is het op wijk- en straatniveau? Dat weten we niet. Het is een proef. 

Proeven waarbij de veiligheid van bewoners in het geding is, kunnen en mogen niet ten koste gaan van het bestaande dekkingsplan. Doe proeven als extra, niet als vervanging. Er zijn voldoende alternatieven te bedenken voor een proef met het rooster zonder dat die consequenties hebben voor het bestaande dekkingsplan. 

Proeven horen wetenschappelijk te worden uitgevoerd. Er zijn geen externe onafhankelijke wetenschappers bij betrokken met verstand van brand, bebouwing, gebruik, brandpreventiemaatregelen, of wat dan ook. 

Het in de stukken vermelde doel (cultuur organisatie) wordt niet bereikt met het middel (proeftuinkazerne) nachtsluiting. Het enige wat hier getest wordt, zijn financiën. Dat blijkt al uit dat een van de grotere kazernes is uitgekozen, daar waar een afschaffen van het continurooster het grootste effect heeft. Het blijkt er ook uit dat andere alternatieven niet zijn meegewogen  Met gevolgen voor bewoners, die niet van tevoren in kaart zijn gebracht.  Er is niets wat er ook maar op wijst dat er langer dan een dag is nagedacht over deze proef. Uit de stukken wordt duidelijk dat de locatiekeuze uit de koker van het reorganiserende management komt. 

Inmiddels terugkomen op het woord proef (halsema 13-10 AT5), waar in 2 brieven in niet mis te verstane bewoordingen door de vervangend burgemeesters is gesproken van een proef, is ongeloofwaardig. 

Er zijn erg veel anderstaligen waardoor voorlichting minder effectief is, de band met de stad en de huizen kleiner is, en bovendien ontbreekt het vrijwel geheel aan voorlichting over de proef.

Het gaat om wijken met veel arme bewoners, waar meer tijd thuis wordt doorgebracht vakantie wordt gevierd en ook veel gebarbecued ook op balkons en dakterrassen, bij gebrek aan betere privé buitenruimte: ander gebruik, bij de gemeente onbekend.

Er zijn enkele belangrijke functies in Oost waar de brand nog sneller moet zijn: het OLVG, de HvA, de Universiteit van Amsterdam, theaters, musea, middelbare scholen. de long stay van de geestelijke gezondheidszorg etc. Grote groepen mensen in gebouwen, zeker die gebouwen die wat ouder zijn, leveren een groter risico op bij brand, een grotere kans op brand.

Er vindt veel kamerverhuur plaats, waarvan bekend is dat het risico groter is op die eerder spelen met vuur, slechte bedrading, grotere kans op kortsluiting. 

Er is een onbekend aantal huizen deelverhuurd, wietplantage, ander illegaal gebruik wat doordat het een grotere stad is, moeilijker te controleren is dan bijvoorbeeld in Uithoorn. 

Zowel de OR als de gepensioneerde brandweer heeft al aangegeven tégen de proef te zijn. Wanneer die nu wordt verzocht rechtszaken in te trekken, maakt niet uit voor de situatie dat experts op het gebied van brand in Amsterdam, zich tegen hebben uitgesproken. Door de reorganisatie wordt de proef belast met een gebrek aan opbouwende tegenspraak in de zin van expertise. Opnieuw een teken aan de wand: dit is geen proef met een andere cultuur maar een ordinaire reorganisatie; verkocht met het smoesje meer vrouwen en multiculturele achtergronden.

De oudere huizen in Amsterdam Oost zijn monumentaal, oud en ook voor die tijd al goedkoop gebouwd. In de 19e eeuw had men andere normen als het ging om brandveiligheid. De woningen zijn in de loop van de 20e eeuw ook nog voorzien van gasleidingen. Portiekwoningen zijn gebouwd zonder tweede vluchtweg. Je kan er alleen uit zoals je ook naar binnen bent gekomen. In de praktijk betekent dat, dat je bij brand niet weg kan. Het portiek verandert in een schoorsteen, als je op het balkon staat trekken de giftige rookwolken voorbij. Je enige uitweg is dan de ladderwagen van de brandweer. Juist daarop wordt bezuinigd en beknibbeld. En dat is volstrekt onverantwoord.

Bij een woningbrand in een dergelijk type woning moet de Brandweer binnen 6 minuten aanwezig zijn. Dat is al voor Victor niet haalbaar. Bovendien is tussen de signalering dat er een brand is die voor bewoners niet te controleren is, en dat 112 is gebeld al een flink aantal minuten geweest. Belangrijk is te onthouden dat brand letterlijk gaat als een lopend vuurtje. In minder dan 10 minuten kan een woningbrand van een kaars die is omgevallen op de bank uitgroeien tot een flashover met een temperatuur van 1000 graden aan het plafond waarbij alles in brand is gevlogen wat er in huis staat.

Ik heb ook zelf aan den lijve mogen ondervinden dat bewoners bij brand in paniek met de brandweer bellen en dan eerst een keuzemenu krijgen met rare vragen, dat niet goed horen omdat iedereen brand brand schreeuwt, en daarbij hinderlijk worden lastig gevallen met een keuzemenu,”spreek nu duidelijk de plaatsnaam in waar u woont” en dat dan in hun accent met allemaal gegil op de achtergrond. Dat is moeilijk, zeker voor mensen die de taal niet machtig zijn. Helemaal wanneer zij zelf al niet of nauwelijks hun straatnaam kunnen uitspreken, laat staan spellen.

Dit zijn om kort te gaan problemen die in de rest van de regio en in Nederland niet voorkomen. In grootstedelijke regio’s wonen veel mensen bovenop elkaar die van elkaar afhankelijk zijn om brand te voorkomen. Natuurlijk is iedereen zelf ook verantwoordelijk voor brand. Maar juist in portiekwoningen en flats, zorginstellingen of culturele voorzieningen, ben je afhankelijk van anderen voor jouw brandveiligheid.

Denk ook aan de schade van een brand. Die kan zo snel uitgroeien. Wanneer een brandweer moet blussen in een flat, hebben alle lager gelegen appartementen waterschade. Dat kan betekenen dat hele huizen onbewoonbaar zijn. Zolders in oudbouw zoals in bijvoorbeeld de Javastraat zijn veelal houten constructies waardoor een brand snel kan overslaan naar het volgende gebouw. Ook dit probleem speelt niet in de rest van de veiligheidsregio. 

Dan speelt er nog het schier eeuwige probleem met de gebruiksvergunning, tegenwoordig ook gebruiksmelding. Bij de Volendam-ramp werd voor het eerst duidelijk hoe groot deze problematiek ook landelijk is. De cafebrand vond plaats terwijl er 250 man stonden te dansen, de vergunning was oorspronkelijk afgegeven voor 50 mensen. In een mum van tijd stond het gebouw in de rook en bezoekers wisten niet weg te komen. Een vluchtweg was ook nog eens dicht, omdat dat moest van de inbraakverzekering.

In Amsterdam is, zo is me door de docent al toen ik eerstejaars rechtenstudent was, verzekerd dat de gemeente niet eens wist, dat de gebruiksvergunning bestond. Nu moet je nagaan dat je in een kleine gemeente natuurlijk vrij eenvoudig alle belangrijke instellingen na kan lopen om te zien hoe het zit met de brandveiligheid. Het stadhuis, de bioscoop, de kerk en dan heb je het wel gehad. Zo is de informatie in andere kazernes over de brandveiligheid en bouwplannen na renovaties en dergelijke iedere keer opnieuw een verassing.

Je kan niet alles tegelijk controleren en meestal controleert niemand iets. Dat is ook met modernere problematiek het geval. Om een voorbeeld te geven: Een voor de gemeente moeilijk inzichtelijk aantal huizen wordt via platforms als airbnb, gebruikt voor verhuur. Hebben zij een gebruiksvergunning of melding van het aantal bezoekers dat in hun panden aanwezig is? Bij ieder veranderd gebruik van het pand moet opnieuw melding worden gedaan. Dit is echter een verantwoordelijkheid van de aanvrager sinds de invoering van de Wabo, de wet op basis waarvan de omgevingsvergunning wordt verstrekt.

Dit is tot op de dag van vandaag niet goed geregeld. De regels zijn er wel maar het toezicht en de handhaving is in vergelijking met wat het was, minimaal. Een burger of aannemer moet het zelf aanvragen bij het Waboloket. Er is niemand die controleert, of hoe jij het pand gebruikt ook klopt met wat bij de gemeente bekend is, rekening houdend met brandveiligheid. Sowieso worden ondernemers niet actief achter de broek gezeten bij brandveiligheid. Verantwoordelijke ondernemers hangen zelf brandblussers, haspels en dekens op. Maar als je het niet doet, is er geen haan die er naar kraait. Als er iets gebeurt, ben je als ondernemer verantwoordelijk. Maar hoeveel ondernemers vóelen zich daarvoor verantwoordelijk.

Ook wanneer appartementen nieuw worden gebouwd, is het een verantwoordelijkheid van de aannemer om te controleren of dat brandveilig gebeurt. Dat kost extra geld, dus er is een sterke prikkel om het niet te doen. Het toezicht op de bouwsector, is sterk verminderd. Dat geldt niet alleen voor brandveiligheid maar ook voor constructieve veiligheid en de veiligheid op de werkplaats. Met alle gevolgen van dien. Ook bij brand speelt die constructieve veiligheid weer mee.

Victor zelf heeft geen geheimen. Iedereen kan weten hoe vaak Victor uitrukt. Dat is te zien via de www.112meldingen.nl. Natuurlijk vaak ook afheisen en reanimaties en duiken. In de uitzending van AT5 13-10 bagatelliseert Halsema het leed van een pas gereanimeerde Fokke Obbema, die het juist moest hebben van kazerne Victor. De politie was ook ter plaatse. En die reanimeert ook. Of we maar rustig willen slapen. Heeft een politie nu ook al een ladderwagen om de comateuze of bevallende patienten van 4 hoog naar beneden te tillen richting het ziekenhuis? Ja maar ja maar. Politiebureau Balistraat moet ook al dicht. En is al dicht ’s nachts.

Er zijn zoveel bezwaren die al vrij duidelijk intuitief zijn. Als je bedenkt dat het enige dat de raad weet over de proeftuinkazerne maar zeer beperkt is. Pas medio 2018 bekend werd waar het ging plaatsvinden. Dit programma al 1 januari 2019 met grote haast wordt ingevoerd. Terwijl de bevolking er niet van weet en het sterk ingrijpt op het dekkingsplan. Sowieso Bezuinigen op de Brandweer. In een groeiende stad. Vol wiettoeristen. Vol AirBNB. Vol oude huizen. Vol barbecues. Met af en toe een pyromaan. En waarom Oost? Waarom ineens Oost? Het hele besluit is onbegrijpelijk.

Halsema waarschuwt dat het allemaal sowieso wordt geëvalueerd en teruggedraaid als dat nodig is. Bij hoeveel lijken is dat precies? Ook bij brandgerucht of alleen bij brandmelding? Een evaluatie blust geen brand.

Het lijkt haast opzettelijke gevaarzetting. 

Translate »
×