Vrijheid als medische noodzaak
Ik ben Internationaal en Europees jurist en daarnaast filosoof, met als afstudeerrichting ethiek. Dat doet voor dokters natuurlijk minder ter zake dan mijn diagnose. Een opgezette lip, keel en tong en de anamnese dat ik direct daarvoor een zeer smakelijke maaltijd met appel en rijst en kaneel 1 gegeten had, waarbij ik met mijn diep gekloofde lip had gebeten op het meegekookte stokje. Het begon direct te tintelen. Na enkele uren was mijn rechter mondhoek zodanig opgezet en nog steeds zwellende dat ik toch maar besloot de huisarts te bellen. Na vele antwoordapparaten, kwam ik bij de enig open zijnde huisartsenpraktijk in het ziekenhuis uit. “Dat is drie kwartier fietsen!” “Oh nee, u kunt echt niet met de fiets, u kunt beter een taxi nemen”.
Ik heb ook astma, wat het niet kunnen ademen vanonder een oedeem echt geen pretje maakt. Het was daarom even zoeken naar een taxi, die me ook mee wilde nemen. Op zich is een mondkapje in de taxi niet verplicht, maar niet iedere taxichauffeur neemt de moeite om een spatscherm te installeren. Waarom zou je als je de moraalridder uit kan hangen? Hun vrijheid. Ik nam dus de vrijheid om een andere taxi uit te zoeken dan het reguliere taxibedrijf.
Uiteindelijk was ik er dan om half 3 en bedelde ik nog bij de portier wijzend op mijn nu echt enorme zwelling, dat ik moet ademhalen. Die knikte en ik kon doorlopen. De ziekenhuis huisarts wees me erop dat ik ook 112 had mogen bellen 2 voor deze situatie en zei me bij het naar buiten gaan, dat ik een mondkapje voor móest dragen “want dat was in het ziekenhuis verplicht”.
Bij wat doorvragen bleek dat dat was, omdat zij “anders problemen kreeg met boven”. Ik weet niet wie die boven is, maar ik heb een mensenrecht, zowel in het Handvest van de EU als het EVRM en het BUPO, alsmede ook van Boven, om niet met mondkapjes op te lopen, en zelfs in deze medisch fascistische dictatuur, hoeft dat ook nog steeds niet bij ademhalingsmoeilijkheden.
Het komt er juridisch gezien op neer dat deze dokter zich als mens niet vrij voelde, om afstand te nemen van een regel met de beleidsvrijheid die zij heeft als arts. En dit was vanwege de controle van “boven”, waarmee het mij niet duidelijk werd of dat nu de bovengelegen portier was of God zelf. Het mondkapje had dus geen medische, maar een gezagsnoodzaak. Maar wacht even, gezag, dat is mijn expertise en niet de uwe. Aan al deze directeuren en portiers had ik best uit willen leggen dat ik als drager van mensenrechten überhaupt al niet gehouden ben om met mondkapjes op te gaan lopen, die mensen spraken mij er toch al niet op aan. De enige autoriteit kwam van de dokter, maar zij nam de bijbehorende verantwoordelijkheid niet, om zich erop te láten aanspreken. En daar gaat het nu mis. Als je een autoriteit bent dan bén je erop aan te spreken: verantwoordelijk.
Over onderliggend lijden gesproken: nu ben ik naast jurist en ethica ook nog gediagnosticeerd als cis gender vrouw met baarmoeder. Ik herken deze kwaal maar al te goed. Ook in mijn functie is het moeilijk om een autoriteitspositie in te nemen en verantwoordelijkheid te dragen, als je als mens in je gezicht wordt uitgelachen om je piepstemmetje. Minstens de helft van de mensheid is sterker. Je kan dan dus ook niet zo makkelijk zeggen tegen de portier, “tegen deze mevrouw niet moeilijk doen over die kappies, ze heeft angio oedeem”. Het was voor geen van deze dokters moeite geweest het op te nemen voor een patiënt die niet kon ademhalen. Maar ze doen dat niet. Uit volgzaamheid aan een autoriteit die er niet is.
Nu is het voor mannen misschien een kwestie van eer en eigen gezag om het morele goede te doen in afwijking van de gestelde regels. Bij vrouwen heb ik weinig hoop op dit eergevoel. Ik weet het precies. Ik heb ook cliënten. Ik heb ook Duitsers van een kop groter, die komen en van alles eisen, waar ik nee tegen moet zeggen. Brr. Nu heb ik ervoor doorgeleerd dat ik het volste recht heb nee te zeggen, klanten de deur te wijzen en mezelf te verdedigen als ze me een blauw oog slaan; ook dan nog is het vanuit je onzekerheid en klantvriendelijkheid ontzettend moeilijk om dat recht te nemen, of toch in elk geval ook al zodanig uit te spreken naar lastige klanten.
Zelf ben ik dan ook tot de conclusie gekomen dat het echt niet altijd alleen maar aan mij ligt, als mensen mijn volledig op waarheid berustende juridisch advies niet opvolgen. Dit maakt me bepaald niet minder waard als adviseur. Kennelijk wil men mijn advies om het tegengestelde te doen? Wat het ook is, het is hun keuze. Als ze daarna met hun kop tegen de muur lopen, zie je ze wel weer.
Verderop in het ziekenhuis, waar ik nu binnen marcheerde met de meter grote lip, deed mijn autoriteitsprobleem zich opnieuw voor. Er stonden drie jonge vrouwen om me heen. Ik kon niet uitmaken wie van hen de dokter was en wie verpleegster. Een hoorde ik zeggen “ik hoef niet te vragen waar u last van heeft” en ik kreeg van alle kanten monitors en spuiten en een infuus. Ik keek de meest dominante aan maar dat was misgegokt, de verpleegster naast me was de dokter. Die moest een epipen in mijn beenflank zetten maar daarvoor vroeg ze aan de verpleegster hoe dat nu moest, en het ging ook nog eens fout.
Heel herkenbaar. Twijfel aan jezelf maakt, dat je het juist verkeerd doet. Haar geloofwaardigheid werd ondermijnd, niet in het minst door haarzelf. Prima, want dat gaf mij de vrijheid om de monitor en bloeddrukmeter weer af te rukken, om te zeggen dat ik naar de wc ging lopen en dit alles overigens ook deed zonder mondkapje. De dokter vroeg aan een meneer met badmuts die dokter of verpleger was of ze niet een postoel moest halen, maar ik was al weg met hoge nood.
De volgende dag opnieuw. Ik mocht weg met recepten en ik had nog steeds als kennelijk enige in dat deugziekenhuis geen mondkapje op. Een meewandelende verpleegster kwam me uit het zicht van de dokters vertellen dat ik toch echt een mondkapje op moest doen. Dit ondanks dat de zwelling zichtbaar onverminderd was, nog steeds moeite had met praten en ademen. “Anders krijg je problemen”. 3 Ik vroeg me toen nog af of niet iedereen in dat ziekenhuis eens naar de neuroloog zou moeten voor een hersentest op Alzheimer. Ik had toch zichtbaar angio oedeem en astma? Dus vertelde ik de verpleegster “Problemen zijn niet erg, ik ben jurisp”.
De cultuur waarin mensen, ondergeschikten, vrouwen altijd maar de braafste willen zijn, moeten doen en ook doen wat gevraagd wordt, problemen uit de weg gaan en daartoe ook geïntimideerd worden, is er een die ons als samenleving kwetsbaar maakt. Een professioneel nee wordt te zelden uitgesproken. Niet alleen in het dagelijks leven, waarin mensen met astma en last van mondkapjes toch maar ermee rondlopen.Want dreigboete. Of ontslag.
Als je de autoriteit en vrijheid hebt gepermitteerd om door het rode licht te fietsen ondanks de boete, kun je je ook best de vrijheid nemen om het recht dat je ook hebt, het recht om vrij zonder blokkades te ademen, ook uit te oefenen. Daar heb je geen kennis van het VN verdrag tegen foltering en andere wrede, onmenselijke en onterende behandeling of bestraffing voor nodig. Toch vertel ik het u graag. Ademen staat er echt niet op. Gedwongen medische behandeling is echter wel degelijk tortuur. 4
Mijn diagnose is, dat vrijheid niet alleen van boven gegeven wordt maar ook van binnenuit komt. Geen Amerikaanse Airborne Divisie kan ons vrijheid teruggeven, die we al hebben maar niet nemen. Vrijheid moet je durven pakken en een ander gunnen. Anders heeft zo’n mensenrechtencatalogus ook geen zin. Natuurlijk, als je die vrijheid neemt, ben je ook verantwoordelijk. Dat betekent, dat je weet dat je extra uit moet kijken en dat je het aan jezelf te danken hebt als je een ongeluk krijgt, of ontslagen wordt. Het is dan aan jou om terug te vechten en de uitdaging aan te gaan.
Doe dat dan! Verantwoordelijkheid nemen is een kwestie van lef hebben. Weten dat je gelijk hebt en ervoor staan, dat moet je maar durven. Ik wist dat ik nog zelf kon lopen en nam een taxi ook al had ik beter een ambulance kunnen bellen. Mijn verantwoordelijkheid. Mijn vrijheid.
Dus hier is mijn juridische advies. U mag ademen.
Beste dokters. Kweek lef. Pak die vrijheid.
Een verplicht mondkapje schendt ons recht op menselijke waardigheid artikel 1 Handvest van de Europese Unie en is een gedwongen medische behandeling, misschien niet zo heel inhumaan maar wel degelijk degrading. Voor de psychologische oorzaken waarom u er dan toch mee rond blijft lopen, verwijs ik u graag door naar uzelf. Hoe komt het dat u die vrijheid die u heeft, niet neemt? Bent u soms niet bevrijd op 5 mei 1945?
mr.drs. Saskia Ploeg
internationaal jurist / filosoof
(geen rechtsfilosoof)
1 Niet echt kaneel. Dat stond wel op de verpakking maar het stond er bij. Cassia! Staat op deel C van bijlage III van Verordening (EG) Nr 1925/2006 en je mag de planten niet eens verkopen EU 2018/2019 want het is een High Risk Plant. In o.a. Denemarken is dit goedje wettelijk verboden. In de Nederlandse Warenwet is onder Rutte te veel aangesloten bij de Europese wetgever. Die stoffenregeling is erg complex en onoverzichtelijk. Zo mag het in diervoeding (Vo 2019/1947) en weer niet in speelgoed en moet als apart ingredient op cosmetica (Vo 2019/701). Zo ontstaat dan de paradoxale situatie dat er op een pak sigaretten een enorme waarschuwing staat en op een pak cassia stokjes, waar je meteen mee naar de eerste hulp kan, helemaal niets. Waarom niet, omdat het geen allergeen is maar “gewoon” toxisch.
2 Deze dokter gaf impliciet dus een wel heel erg restrictieve uitleg van artikel 142 lid 2 Sr alsof je pas met 112 mag bellen als de huisarts zeg dat het mag. Van misbruik van het alarmnummer is geen sprake als je per ongeluk dacht dat er spoed was.
3 Een bedreiging volgens artikel 285 Sr? Dit is dus hoe de criminelen ook praten, in opzettelijke vaagheden zodat het voor iedereen duidelijk is dat je met de dood bedreigd bent, zonder dat dit als zodanig wordt uitgesproken. “Ik weet waar je huis woont”. Natuurlijk gaat het ook om de context bij dergelijke uitingen. Dat is dus ook mijn punt, een verpleger hoort zijn eigen woorden niet zo als de toehoorder die begrijpt. Het klinkt heel dreigend. Maar er klopt niets van, problemen mag je gewoon hebben en als je in je recht staat of denkt te staan mag je een mondmasker echt weigeren.
4 Artikel 5 van de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens, Artikel 7 van het Internationale Convenant van Civiele en Politieke Rechten, Voor personen met handicaps ligt dit nog eens extra vast onder meer in art. 15 VN Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap, Trb 2016, 105.