Juristenlogica en zazkisme
Je hebt juristen. Daarnaast heb je logica. Het zazkisme bedoelt de verhouding tussen deze twee nader toe te lichten in een voor zazkistische leken zoals u begrijpelijke uitleg, maar hier ook logische en ethische duiding aan te geven, zowel voor de jurist als voor de niet-jurist.
De natuurlijke taal, waar het Nederlands een van is, is ambigu. Wetteksten in Nederland zijn geschreven in het Nederlands.
Juristen hebben om de dreigende ambtsloosheid onder rechtsfilosofen te voorkomen, manieren onderscheiden, waarin ze de natuurlijke wetteksttaal interpreteren. 1 de grammaticale manier 2 de historische manier, als je ook nog een beetje rekening houdt met de totstandkoming van de wet cq het recht. 3 de teleologische interpretatie, dat is de interpretatie naar het ‘doel’ van de wetgever en bedoeld om de eerstejaars niet-gymnasiasten eruit te schiften en 4 de analoge interpretatie die erop neerkomt dat het ergens zo is omdat het elders ook zo is. Uiteraard blijft het bij elke opsomming naar goed gebruik onder academici nooit bij die enkele versie van die opsomming en zijn er uitbreidingen en herzieningen op mogelijk. Ik volsta met de vaststelling dat ik dit hier niet limitatief maar indicatief heb opgenoemd.
Nou is het begrip `grammaticale interpretatie´voor iedereen die in de 2e klas Havo grammatica gehad heeft lachwekkend. Helemaal als de jurist in je vooral voorstander is van de “grammaticale interpretatie” van wetteksten en geen enkele andere interpretatie toelaat. Zitten de rechters daar ook streepjes te trekken onder het voorzetsel en twee dubbele om een nevenschikking? Als dit onderwerp dan maar geen lijdend voorwerp is! Alsof lexicale betekenis (een courante term in de Neerlandistiek) uitsluitend door de grammatica wordt bepaald en dat dan alleen juristen die betekenis in het geval van wetteksten kunnen herleiden!
Gerechtelijke aanhangers van de grammaticale interpretatie grijpen, als de wettekst het laat afweten, naar de Van Dale. Dat is volgens een vluchtige blik op rechtspraak.nl gebeurd in c.a. 696 zaken sinds 2005. Dit doet aanhangers van het zazkisme afvragen, wanneer wij voor de lexicografen van het Van Dale kunnen stemmen, nu hun reikwijdte aanzienlijk groter is dan zij waarschijnlijk aanvankelijk hebben vermoed.
Maar goed, welwillend als het zazkisme is, zullen we in het navolgende de begrippencombinatie “grammaticale interpretatie” in het navolgende semantisch interpreteren.
Logica
Logica is redeneerkunst. Er wordt in nagegaan welke redeneringen wel geldig en niet geldig zijn en waarvan het niet te zeggen is, danwel of het niet te zeggen is dat er niets van te zeggen is. In de formele logica wordt het waarheidsgehalte van beweringen in een bepaalde taal bewezen, en in hogere orde logica’s wordt dit ten aanzien van verzamelingen beweringen bezien. Je zou denken dat juristen daar praktisch iets aan zouden kunnen hebben en ze dit nuttig zouden kunnen toepassen.
Drogredenen, daar hebben juristen misschien van gehoord. Dat wil in het geheel niet zeggen dat die redenen dan met de kwalificatie `drog´ juridisch gezien uit de weg worden gegaan. Formele logica, daar hoef je als gewone jurist al helemaal niets van te weten. Noem Frege of zeg iets met predicaten en zie; juristen gaan een bochtje om, de hoek om en rennen daarna heel hard weg. Dat mag. In het zazkisme is dit juridisch gezien gewoon toegelaten, en is er ook geen taalwet die dit verhindert, op dezelfde manier als dat solipsisme eigenlijk alleen met een argument ad baccum weerlegd kan worden.
Het zazkisme beoogt een brug te slaan tussen logica en juridische theoriën in het algemeen en juridische redeneringen in het bijzonder. Een kort voorbeeld moge duidelijk maken waar het zazkisme zijn nut in bewijst. Zo wordt in het zazkisme het ad nauseam gebruiken van in de natuurlijke taal door taalkundigen onderscheiden archaïsmen als stoplappen – onder andere “immers”- als semantisch ongeldig gekenmerkt en daarnaast als “volstrekt overbodig” omdat er logisch gezien geen aanvullende waarheidswaarde toe te kennen valt ten opzichte van een zin waarin de archaïsche stoplap is weggelaten. Maar zazkisme geeft ook ethische duiding aan dergelijke redenaties. Zo kwalificeert het zazkisme dit aanvullend ook nog als “mogelijk verwarrend”, “rechtsonzekerheid scheppend”, “autarkisch” en “te voorkomen”.
Het zazkisme dient een duidelijk doel, te weten helderheid te scheppen over begrippen als “juridische geldigheid”, “juridisch onjuist” “juridische lekenopvatting” en juridische waarachtigheid ten opzichte van ware waarachtigheid in zijn algemeenheid maar ook in specifieke cases. Voor metazazkistische duiding over hoe het zazkisme te interpreteren zou men dan ook het meest logisch aansluiten bij een teleologische interpretatie, waar Zazkia zelf zich toch het best voor leent.
Zazkisme en semantische geldigheid van jurilogica
Juristen denken soms dat ze de enige zijn die weleens wat interpreteren. Of dat zij een patent hebben* op wetteksten interpreteren. Aangezien we toch allemaal mensen zijn die geacht worden de wet te kennen, komt het voor dat ook niet-juristen wetteksten of zelfs jurisprudentie interpreteren. Binnen het zazkisme wordt de analogie in principe als non sequitur aangemerkt. Dit is anders, wanneer er uit de analoge toepassing een dusdanige conclusie volgt dat de geldigheid van deze juridislogische redenering zazkistisch twijfelachtig wordt. Dan is sprake van een reductio ad absurdum.
Er zijn juristen die denken, dat zij de enige zijn die woorden mogen interpreteren, op het moment dat die woorden het “juridische domein” zijn binnengetreden. Zo komt het woord “moord” al langer voor in het Nederlands dan dat het eerste Wetboek van Strafrecht bestaat (+/- 800 n. Chr.) en je zou dus kunnen redeneren, dat eenieder die de Nederlandse taal machtig is, daaraan een recht ontleent, om het woord ook buiten de huidige strafrechtelijke betekenis te gebruiken, toch tenminste zolang de toehoorder hem begrijpt, om de blauwe Wittgenstein er maar eens bij te halen.
Toch komt de zinsnede “hij hep um per ongeluk vermoord” in de nabijheid van een jurist de reguliere SBS6-kijker alras op een reprimande te staan. “Dat is een juridische lekenopvatting”. Om vervolgens te betogen dat het `juridisch gezien zo is´ dat een moord doodslag is met voorbedachte rade. De combinatie van de woorden is + juridisch gezien + lekenopvatting beogen de toehoorder dan tot in schaamte over de eigen onwetendheid te laten afdruipen. Alsof met deze pejoratief bedoelde term juncto alle eventueel relevante wetteksten, alle niet-juristen nu feitelijk gedwongen zijn al die semantische jurilogica over te nemen vanaf het moment dat een Nederlands woord tot het juridische domein wordt gerekend. Volgens het zazkisme is in dit geval de argumentum ad bacculum semantisch geldig.
Naar analogie van de juridische lekenopvatting (zoals gezegd onderscheidt men in de juridische wereld ook de analoge interpretatie, dus juristen móeten me nu kunnen snappen;) zou men dan ook kunnen spreken van de “elektrotechnische lekenopvatting.” Hiervan is bijvoorbeeld sprake wanneer een jurist of een andere elektrotechnische leek spreekt van “de stekker uit het stopcontact halen” als het “elektrotechnisch juist” is om te spreken van “de contactstop uit het wandcontactdoosje” te halen. Door deze analoge toepassing wordt al gauw inzichtelijk hoe onwenselijk de precedenten zijn die een dergelijke jurilogica met zich meebrengt. We hebben allemaal neerlandistieke, taalfilosofische en ruimtevaarttechnologische lekenopvattingen. Iets zeggen wordt algauw onmogelijk.
Met deze reductio ad absurdum beoogt het zazkisme het bestaan van juridische lekenopvattingen danwel de zinvolheid van het als zodanig kenmerken van juridische lekenopvattingen te weerleggen.
Zazkisme en andere filosofieën over het recht
Zazkisme is zoals boven eerder aangestipt een theorie over -onder meer- het recht en hoe dit zich filosofisch verhoudt tot andere theorieën over het recht. De term “rechtsfilosofie”, kan dan ook in dit verband niet zonder meer uitgelegd worden als `nationale krantlezen en bevriende columnisten becommentariëren’ . In het zazkisme wordt rechtsfilosofie vooral holistisch gezien als een domein dat filosofiëen over het recht behelst. Het wordt in een breder verband getrokken dan veelal wordt gedoceerd aan de universiteit, daar het onderscheid tussen filosofen, rechtsfilosofen en juristen niet relevant is voor het waarheidsgehalte van een theorie over het recht. In feite gooit het zazkisme alle theorieën over het recht op een hoop en beoordeelt de relevantie danwel waarheidswaarde aan de hand van de eigen correspondentietheorie.
Een theorie over het recht kan maar hoeft niet zonder meer af te wijken van het zazkisme. In het zazkisme wordt rechtsfilosofie vooral holistisch gezien als een domein dat filosofiëen over het recht behelst. Dit kan maar hoeft niet zonder meer af te wijken van het zazkisme. Aangezien het zazkisme op zichzelf een filosofie is over onder meer theorieën over het recht, waaronder ook rechtsfilosofie als zodanig, kan het zazkisme tenminste worden gekenmerkt als een meta-rechtstheorie, danwel een meta-filosofie-over het recht, dat wil zeggen dat het een theorie is over rechtstheorieën zonder daarmee per se rechtsfilosofisch te willen zijn.
Volgens artikel A onderdeel Z tricesimus tertius van de Zazcode streeft het Zazkisme op zijn beurt naar Ware Waarachtigheid, overeenkomstig een zazkistische wetenschapsfilosofische correspondentietheorie, waarin wat Zazkia zegt, correspondeert met de waarheid en waarin de waarheid correspondeert met het Ware, wat één op één kan worden uitgelegd als “met wat zazkia zegt”. Hoewel er een en ander valt af te dingen op het Zazkisme kan niet worden ontzegd dat de verhouding tussen logica en recht hierin zeer duidelijk is uitgelegd. Binnen het Zazkisme geldt een duidelijke correspondentietheorie van waarheid, waarop weliswaar een en ander af te dingen valt, maar die in zichzelf eenkennig, eenduidig en rechtlijnig is en barmhartig en rechtschapen bovendien.
Misschien vindt u dat dan op uw beurt weer onbegrijpelijk, maar dat is uiteraard een zazkistische lekenopvatting. Als u hier anders over denkt dan is dat zazkistisch onjuist. Ik verwacht spoedig in een blogje nader teleologisch te interpreteren wat zazkia mogelijk bedoeld heeft, zonder op de zitzak van zazkia te willen zitten uiteraard.
* Het staat de lezer vrij dit in het zazkisme als lollig bedoeld te interpreteren.
** ad supra
Possibly not available
Possibly not available